
Boek 2: De mensengenezer
1. Primaire gegevens
Auteur: Koen Peeters
Titel: De mensengenezer
Plaats van uitgave: Amsterdam
Jaartal van uitgave: 2017
Uitgeverij: De Bezige Bij
Titelverklaring:
Als Remi zijn moeder overleden is, woont hij nog alleen thuis. Hij begint een stem te horen. Deze stem zegt steeds iets als " de mensen genezen". En deze stem stelt Remi ook hieraan gerelateerde vragen. Later in het verhaal wil hij zelf naar Congo reizen om genezer te worden.
2. Samenvatting
De jonge Remi groeit op in de Westhoek, een geïsoleerde agrarische regio vlakbij de grens met Frankrijk. Het was een hele grimmige buurt. De oom van Remi vertelt veel enge verhalen en Remi voelt zich ook helemaal niet fijn in de buurt. Soms verstoppen er zelfs smokkelaars in de schuren. De oom is de enige waarmee Remi echt veel praat. De boeren in de buurt zeggen niet veel. Tijdens de Eerste Wereldoorlog vormde deze omgeving het strijdtoneel van de jarenlange loopgravenoorlog. Tienduizenden gesneuvelde soldaten liggen er begraven onder de typische witte grafstenen. In het boek werd heel duidelijk uitgelegd hoe de Westhoek eruit zag, dat was heel fijn. Zo kon ik goed inbeelden hoe het er daar aan toe ging en dat helpt bij het begrijpen van het verhaal.
Zodoende spelen Remi’s jeugdjaren zich hoofdzakelijk af op de boerderij van zijn ouders en op de begraafplaatsen, die hij regelmatig bezoekt met zijn oom Marcel. Oom Marcel vertelt hem verhalen over geesten, de oorlog en over een onbekende zwarte soldaat. Marcel hoort vaak stemmen in zijn hoofd en Remi begint deze stemmen ook te horen en hij vraagt zijn oom om advies. Zijn oom vertelt hem dat hij het woord ‘carabouya’ tegen de geesten in zijn droom moet zeggen. Dit woord heeft Marcel geleerd van de onbekende zwarte soldaat. Eerst vond ik het heel moeilijk te begrijpen over de zwarte soldaat, maar hoe verder ik in het boek kwam hoe beter ik het ging begrijpen.
Op een dag komt er een jezuïet langs bij Remi op school. Deze ontmoeting maakt van alles in hem los. Ondanks dat hij nooit bidt, voelt hij plotseling een "onbaatzuchtig verlangen naar een hoger goed". Hij wil zich opofferen, "het verdriet van de wereld repareren" en wellicht zelfs mensen genezen. Tot onbegrip van zijn familie treedt Remi toe tot een strenge kloosterorde. In dit klooster leert hij twee mensen kennen. Deze twee mensen hebben beide een link met Congo. Hun verhalen wakkeren in hem het onbedwingbare verlangen aan om naar dit onbekende land af te reizen. In Conga gaat hij ook naar een klooster en daar voelde hij zichzelf echt loskomen.
In Congo wordt hij ondergedompeld door verhalen van de Congolezen. Vooral de Yaka uit de streek Kwango had zijn interesse. In deze Yaka bevinden zich allerlei fetisjen, genezers en tovenaren. Op zijn 27e vertrekt hij naar dit Yaka-dorp. Hier beleefd hij veel dingen en leert de cultuur goed kennen. De genezer-priester komt hem vertellen dat zijn moeder is overleden. Hij verlaat het Yaka-dorp met veel trommels en dansen. Als hij terug is in de Westhoek bezoekt hij zijn moeders graf met zijn vader en oom.
3. De verdieping
3.1 Compositie en tijdsverloop
Remi is 21 als hij naar Congo vertrekt. Congo was toen pas net onafhankelijk. Dat gebeurde in 1960. Dus het verhaal zal ongeveer begonnen zijn in 1950 toen Remi elf jaar oud was. Het verhaal wordt niet in chronologische volgorde verteld. Er zijn namelijk twee kanten in het boek. De tijd dat het echt gebeurd met Remi en de tijd dat iemand verhalen verteld over zichzelf en zijn professor, de volwassen Remi.
3.2 Ruimte
Er is sprake van plaatsverandering. In het begin speelt het verhaal zich af in de Westhoek. Vooral op de boerderij en in de straten. Hij gaat naar een klooster in Heverlee en later naar een klooster in Congo. Op het eind van het verhaal gaat hij terug naar de Westhoek om zijn moeder te bezoeken. Hij bevindt zich dus het meest in een klooster of op de straten in de Westhoek
3.3 De wijze van vertellen
Er zijn twee kanten. De kant van Remi is in ik-vorm geschreven.
"Ik hielp mijn vader als hij de stier uit de stal haalde. Het prikkelbare dier briest: een koe werd op het erf voorgeleid."
De andere kant van de jongen die vertelt over de professor, de volwassen Remi.
"Ik vroeg het aan Remi: 'Toen jullie novicemeester uittrad, stortte je wereld dan niet in?' 'Welnee,' zei Remi, 'die man had gewoon zijn plicht gedaan. Hij kon vertrekken.'""
3.4 Thema
Het thema van het boek is coming of age. Remi gaat een echte ontwikkeling door. Hij voelt zichzelf erg schuldig over alle doden in zijn land en wilt zoek naar hoe hij mensen kan genezen. Uiteindelijk gaat het er niet om dat hij genezen wordt, maar genezen wordt van zijn schuldgevoel.
3.5 Personages
Remi:
Remi is de hoofdpersoon in dit verhaal. Hier draait alles om. Hij wil graag zichzelf leren kennen en beleefd veel avonturen. Volgens zijn zus is hij een betweter en een streber.
Bertha Mabesoon:
Dit is de moeder van Remi. Ze was een vluchteling en ze was zwaar ondervoed, waardoor ze erg zwak is. Haar familie woont in Normandië en ze mist die heel erg. Uiteindelijk overlijdt ze en komt Remi terug uit Congo.
Marcel:
Dit is de oom van Remi. Hij was heel belangrijk voor Remi en hij beleefde veel met hem. Net voordat Remi naar Congo gaat, overlijdt Marcel.
3.6 Titel, ondertitel en motto
De titel van het boek is De Mensengenezer
Het boek heeft geen ondertitel
Het motto is:
Carabouya, carabouya.
Alleman moet leven,
wit en zwart, carabouya!
Remi krijgt als kleine jongen nachtmerries door zijn ooms verhalen over de geest. Als hij zijn oom daarover vertelt, raadt die hem aan de geesten in zijn dromen van repliek te dienen met het woord ‘carabouya’ dat hij zelf van een Franse zwarte soldaat geleerd heeft. Hij mocht het woord nooit opschrijven, want dan verloor het zijn kracht.
Genre: lichaam & geest
Motieven:
Dood
De dood is erg belangrijk in het leven van Remi en in het dorp. Er is een oorlog geweest en er zijn veel doden gevallen. Remi voelt zich erg schuldig over alle doden en in het bijzonder voor een donkere man.
Daimonen
Remi zegt dat er een wezen van de Westhoek bestaat, een daimon, die je voelt in de huizen, de dorpen en langs de wegen. Je hoort hem ook in de woorden die mensen tegen elkaar spreken. Deze geest beïnvloedt jou je hele leven lang, genetisch maar ook door gesprekken en oude familiehistories. Hoewel de daimon hier nog iets negatiefs lijkt, legt hij later uit dat de daimon iets positiefs is: iemand die je leven ingrijpend stuurt, soms letterlijk, dan zendt die je naar een plek en daar gebeurt het dan.
4 Keuzeopdracht (interview)
Remi, toen de jezuïet langs kwam op school, was je toen meteen om?
“In het begin vond ik het heel apart. Ik had namelijk nooit verwacht dat ik dit ooit goed en mooi zou gaan vinden. Ik was eerst helemaal niet gelovig en laat staan dat ik bad. Toen ik hoorde dat de jezuïet op school kwam, vond ik het wel interessant. Ik dacht niet dat het heel stom zou worden, maar ik had er zeker niet veel van verwacht. Mijn ontmoeting met de jezuïet was heel erg bijzonder. Het was een soort moment waarin ik me totaal afsloot van mijn omgeving en alleen met de jezuïet bezig was. Hij vertelde allerlei verhalen en dingen die te maken hadden met het geloof. Ik kon me er heel goed in vinden. Na de ontmoeting heb ik lang nagedacht en met verschillende andere mensen gesproken op school. Later wist ik het zeker. Dit is wat ik wil.”
Was het een moeilijke keuze om naar het klooster in Heverlee te gaan?
“Het was een hele moeilijke keuze. Door verschillende aspecten. Mijn moeder, vader en oom wilde al niet dat ik het ging doen. Ze vonden het geen goede en verstandige keuze van mij. Ook mocht ik heel weinig mee nemen, want het was een super streng klooster.”
Hoe was het leven daar?
“Het leven was daar heel sober. En niet in de negatieve zin. Het bestond natuurlijk niet uit veel dingen en je was totaal geïsoleerd van de buiten wereld. Ik vond het heel fijn. Ik leerde daar ook twee mensen kennen. Zij vertelde mij over het klooster in Congo, waar ik uiteindelijk heen ging.”
5 Literaire vormen
Het is duidelijk proza, want het wordt gewoon in normale taal geschreven.
Maak jouw eigen website met JouwWeb